Mozaïekbaby’s: anderhalfeiïg, dubbelbevrucht of juist een tweezadige tweeling?
Het kost even wat moeite om de juiste term te vinden voor een unicum. In de uitzending van 27 maart besteedde HoeZo aandacht aan wat ze een ‘dubbelbevruchte eicel’ noemde. ‘Anderhalfeiïge tweeling’ schrijft NRC op 29 maart. Noorderlicht heeft het over ‘Verwarde tweeling, onduidelijke geslachtsdelen en mozaïekbaby’s.
In het aprilnummer van Human Genetics beschrijft geneticus Vivienne Souter een bijzondere tweeling. De ene helft was een normale jongen, de andere had kenmerken van beide geslachten en was hermafrodiet. Uit onderzoek naar de chromosomen van beide kinderen bleek dat de genetische bijdrage van vader en moeder verschilden. Moeder leverde een enkele bijdrage: één eicel. Vader leverde een dubbele bijdrage: twee zaadcellen.
Hoe dit kon gebeuren blijft gissen. Wetenschappers zijn niet in staat het bevruchtingsproces binnenin het lichaam te bekijken. Stelling van presentatrice Karin van den Boogaerd is dat er dus eigenlijk drie types tweelingen bestaan: Eeneiige, twee-eiige en semi-identieke.
Gerald de Haan, stamceldeskundige van de Rijksuniversiteit Groningen, schetste me vandaag aan de telefoon nog een andere mogelijkheid: De vierde tweeling.
Human Genetics, april 2007
Dubbelbevruchte eicel, HoeZo, 27 maart 2007
Verwarde tweeling, onduidelijke geslachtsdelen en mozaïekbaby’s, Noorderlicht, 29 maart 2007
Geef een reactie