Direct na de Tweede Wereldoorlog wilden mensen vooral vergeten. Zand erover. De loopgraven stortten in en bunkers werden onder het zand geschoven. Op andere locaties verwoestten de nazi’s hun sporen. Archeologen kunnen achterhalen wat waar precies stond, hoe groot kampen waren, of er massagraven zijn en hoe het dagelijks leven eruit zag in een concentratiekamp.
Luister hier naar de aflevering van Labyrint radio van zondag 1 mei ’11.
In het voormalige Kamp Amersfoort wordt druk gegraven door archeologen. Ze zoeken naar militaire spullen en persoonlijke bezittingen; sporen uit de Tweede Wereldoorlog. Verslaggever Gerda Bosman groef mee en sprak met archeoloog Ivar Schute en kunstenaar Armando, die vlakbij het kamp opgroeide. Luister hier
Zelfgemaakte lepels in kamp Sachsenhausen
Vijfendertig kilometer ten noorden van Berlijn bij het plaatsje Oranienburg ligt voormalig concentratiekamp Sachsenhausen. Archeologe Claudia Theune worstelde zich met haar studenten door een enorme berg afval die tot voor kort lag begraven op dit terrein. In de 5500 kilo gebruiksvoorwerpen en resten trof Theune onder meer tubes tandpasta, een bowlingbal, kunstgebitten, meer dan honderd lepels en maar één vork aan. Met alle gevonden spullen hoopt Theune het verhaal van het kampleven weer een beetje naar boven te halen. Verslaggever Gerda Bosman zocht haar op.
Lees ook het artikel dat Anne van Kessel schreef voor de VPRO-gids over dit onderwerp
Geef een reactie